Skip to main content

Hij had al operationeel moeten zijn, onze forensische nieuwbouw. Verschillende redenen maken dat we nog niet ingehuisd zijn. Vervelend voor de afdeling verstandelijk beperkten die we er graag geopend hadden. Het gaat over 20 bedden die overkomen van Ouderenzorg. Tevens voorzien we vier bedden voor time-out. In ons strategisch plan staat dat we inzetten op een goede uitwerking van de forensische zorg. Deze nieuwe afdeling, Forensische zorg vier, wordt een nieuwe doelgroep die we aanboren.  Een goed signaal op het moment dat Te Gek !? internering centraal gesteld heeft. In april 2018 fietsten we met een veertigtal medewerkers van Antwerpen naar Rekem. Symbolisch werd van de gevangenis naar FPC Antwerpen gefietst: van de gevangenis naar de zorg. In de wereld van de internering is een belangrijke insteek voor de vermaatschappelijking een ziekenhuis- in plaats van een gevangenisbed. Ook nog even wachten voor de patiënten van het forensisch ziekenhuis op de intrek in de nieuwe kamers.

Voor de reguliere geestelijke gezondheidszorg gaat het over de netto-afbouw van bedden: personele middelen die vrijkomen door bevriezing van bedden inzetten in mobiele teams. In 2017 werd een tweede golf gelanceerd: uitbreiding van teams, afbouw van bedden of stoelen. Samen met onze zorgcentrumpartner MC Sint-Jozef Munsterbilzen schrijven we verder mee aan het verhaal van netwerkvorming. Recent contact met de overheid toont dat we een goed project hebben. We zetten in op twee sporen: verdere uitbouw van de mobiele teams is een eerste belangrijke lijn. Een tweede insteek gaat over intensifiëring van zorg, de zogenaamde functie vier. Ook dit past perfect in ons strategisch en operationeel plan. Bedden zijn zorgkapitaal dat op een diverse manier kan ingezet worden.

Vroeger werd de kwaliteit van de zorg in eerste instantie gecontroleerd door de zorginspectie van de Vlaamse overheid op basis van federale normen. Die context blijft behouden maar wie zich inschrijft in een accrediteringstraject werkt binnen deze context aan verbetering van zorg. De inspectie gaat dan naar de achtergrond en het wordt belangrijk zelf aan de uitbouw van een PDCA-cyclus te werken. PDCA? Plan-check-do-act/adjust. Of in gewone mensentaal: plannen, uitvoeren, evalueren en bijsturen.  Het klinkt logisch, maar in de praktijk wordt er veel met de buik of met gevoel gewerkt. We bedoelen niet dat gevoelens verkeerd zijn, we bedoelen dat het dikwijls gaat om een soort intuïtief handelen dat onvoldoende geëvalueerd wordt en te weinig bijsturing kent. Goede zorg willen we allemaal maar doen we daar het nodige voor? Doen we de goede praktijken overal en altijd? De raad van bestuur ondersteunt dit accrediteringstraject ten volle. Er ligt nog veel werk op de plank. Interne auditoren bereiden door interne audits mee de proefaudit van eind 2018 voor, dit als voorloper op de definitieve audit in 2019.

Niet alleen binnen OPZC Rekem wordt hard gewerkt. Ook in het netwerk Noolim probeert iedereen de banden te verstevigen. Onze medewerkers in de mobiele teams zoeken verder hun weg in deze werkvorm die in de toekomst alleen maar aan belang zal winnen. De halvering van de werkingsmiddelen in 2017 en het wegvallen in 2018 plaatst ons voor nieuwe uitdagingen.

Nieuwe processen lopen. De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin zet duidelijk in op eerstelijnshulp in eerstelijnszones. OPZC Rekem ligt in de eerstelijnszone Maasland. Maar uiteraard komen patiënten niet alleen uit het Maasland. De geografische afbakening maakt het wel mogelijk hierbij aansluiting te maken. De concepten van radicaal geïntegreerde zorg die nu ontwikkeld worden zijn: wijkgericht, dicht bij de burger en ingebed in de eerste lijn. Een minder stigmatiserende geestelijke gezondheidszorg en met betere aansluiting op de somatische zorg.

Ook binnen de ziekenhuiswereld zijn bewegingen aan de gang. De federale overheid verplicht de algemene ziekenhuizen aan te sluiten bij een locoregionaal netwerk. Zo een netwerk moet uit minstens twee algemene ziekenhuizen bestaan en een ziekenhuis kan niet meer stand alone bestaan. Psychiatrische ziekenhuizen vallen niet onder deze regeling. Ze mogen deel uitmaken van een locoregionaal ziekenhuisnetwerk maar moeten niet. Bijkomend: het locoregionaal netwerk moet hen niet binnenlaten. OPZC Rekem gelooft echter wél in de sterkte van een inbedding in een ziekenhuisnetwerk. Een strikte onderscheid tussen somatische en geestelijke gezondheidszorg wordt minder en minder houdbaar. Denken we maar aan de ouderenzorg, de verslavingszorg enzovoort. We moeten de geestelijke gezondheidszorg niet somatiseren en de somatische zorg niet verpsychiatriseren. We moeten gewoon terug over gezondheidszorg algemeen spreken en kijken hoe de patiënt het best kan geholpen worden. Zeker niet door verder aan hokjesdenken te doen. Kloven dichten zal de burger ten goede komen.

Maar het wordt een ingewikkelde wereld waarin we werken: eerstelijnszones, ziekenhuisnetwerken, netwerken geestelijke gezondheidszorg, netwerk kinderen en jongeren, forensisch netwerk met telkens andere territoria. De eerstelijnszones hebben enkele gemeenten, de ziekenhuisnetwerken tenderen naar opdeling in twee met noord-zuid, de netwerken geestelijke gezondheidszorg delen zich op in west en oost, het netwerk kinderen en jongeren zit op Limburgs niveau, en het forensisch netwerk huist in de provincies Antwerpen en Limburg.

Het is onduidelijk hoe de toekomst zich verder zal uittekenen. Niet alle indelingen en opdelingen zullen even belangrijk zijn. Vermoedelijk zullen een tweetal settings het debat domineren: eerstelijnszones en ziekenhuisnetwerken? En wat zou dan gebeuren met de netwerken geestelijke gezondheidszorg 107? Hertekenen? Welke indeling wordt de master en welke de slave, welke domineert en welke volgt? Het is maar door in volle openheid te participeren aan het debat, door eerlijke samenwerking met partners te zoeken, dat we kunnen opkomen voor de rechten van onze patiënten en bewoners, ongeacht of ze nu binnen of buiten OPZC Rekem verblijven, acuut of chronisch moeten behandeld worden, gekend of ongekend zijn. Een uitgestoken hand naar iedere partner die met ons wil zoeken. Grenzen kunnen veranderen.

Over de administratieve bouw heb ik het niet gehad. Het wordt voor de komende jaren wellicht het laatste gebouw dat we optrekken. Onze patiënten en bewoners zitten stilaan allemaal in nieuwe gebouwen. Sommige personeelsleden betrokken nog het ‘oude onthaal’. Ook hier is het nodig met de tijd mee te gaan en comfortabele werkplekken te bieden.

OPZC Rekem heeft steeds ingezet op patiënten en bewoners eerst. Een terechte keuze waarop we fier mogen zijn. Het is onze bestaansreden: niet in de eerste plaats aan onszelf denken maar aan de persoon met een nood aan psychiatrische zorg. Ongeacht in welk statuut: patiënt, bewoner, ervaringsdeskundige, mantelzorger, naastbestaande, …

 

Rekem, 29 april 2018.